Biografie

The Scene mag meer dan dertig jaar bestaan, de band leeft nog altijd voor het podium. Vooral de optredens op de zomerfestivals worden nog altijd met veel plezier in de agenda’s bijgeschreven. Toen er over het nieuwe album nagedacht werd, stond dan ook al snel vast dat de energie vastgelegd moest worden die vrijkomt tijdens die concerten. Dat is gelukt. De songs hebben de compacte kracht die de titels al ruimschoots suggereren: Overal, Water En Vuur, Hel, Code, Stip, Drink, Dier, En Dan, Mooi. De eerste reacties zijn laaiend enthousiast. Zo stond de single Overal ruim twee maanden op de hoogste rotatie bij VRT-Radio 1 in België.

“De vorige plaat hebben we via de digitale snelweg opgenomen”, legt zanger en gitarist Thé Lau uit. “We kwamen elkaar niet tegen in de studio.” Lachend: “Dat scheelde een hoop soms overbodige discussies. Toch wilde ik terug naar de werkwijze van weleer: het gevoel dat we als een echte band een album maken. Er zijn songs geschreven, we hebben alles uitgebreid gerepeteerd en in vier dagen was alles opgenomen.”

Die opnamen vonden plaats in de oefenruimte, die tijdelijk omgebouwd werd tot studio. Oude werkwijzen werden gecombineerd met de nieuwste technieken; het beste uit beide werelden. Het resultaat is een album dat aan de ene kant vertrouwd klinkt. Tegelijkertijd werden nieuwe wegen ingeslagen, waarmee The Scene helemaal in het heden staat. “De nadruk ligt, misschien wel meer dan ooit, op de gitaar”, vertelt Thé Lau. “Bij een aantal songs hadden we het gevoel dat ze iets extra’s nodig hadden. Om die reden zijn er heel wat koortjes op het album te vinden, meer dan ooit. Voor het eerst ben ik daar ook zelf in te horen. Ik heb daarnaast gebruik gemaakt van samples. Dingetjes van YouTube. Ik heb bijvoorbeeld het geluid van de Niagarawatervallen gebruikt voor het nummer Drink. Het was leuk om daarmee te puzzelen en het geeft tegelijkertijd een nieuwe dimensie aan onze sound.”

Eén van die samples is te horen aan het begin van het titelnummer. De tekst beschrijft een apocalyptische droom waardoor Thé Lau onlangs bezocht werd. “Ik leid misschien niet meer zo’n woest rock & roll leven, maar in mijn hoofd kan het soms nog hevig stormen. Veel daarvan is terecht gekomen op deze CD. Het is daarmee één van mijn meest persoonlijke werkstukken tot nu toe. Op een ochtend werd ik wakker terwijl in mijn gedachten een droom  rondspookte over een enorme explosie die in een klap de wereld veranderde. Het is de basis voor Code geworden. Aan het begin hoor je een fragment uit een toespraak van de Amerikaanse acteur Robert Mitchum, een idool van mij. Ik stuitte op het internet op een interview, waarin hij volstrekt achteloos meldde dat de VS – destijds – volkomen terecht in Vietnam zaten en dat Amerika er beter meteen een atoombom op kon gooien. Ik keek daar wel even van op. Navraag leerde me dat dit een fragment was uit een interview voor studenten in Berkeley. Dit was zijn manier om zijn gehoor te provoceren.”

Stip is een duet met de Nederlandstalige rapper Lange Frans. Thé Lau was in 2010 al te horen in de hit ‘Zing Voor Me’, van deze collega. “Ik kijk met veel plezier terug op die samenwerking”, zegt Thé Lau. “Qua leeftijd zou hij mijn zoon kunnen zijn en hij komt uit een totaal andere wereld. Toch delen we een liefde voor de taal. Ik vind het ook heel inspirerend om te zien hoe Nederlandstalige rappers met hun teksten bezig zijn.”

De warme band die Thé Lau en The Scene van oudsher met België hebben, wordt verder aangehaald met een ander hoogtepunt op ‘Code’: Mooi. Het nummer werd ooit geschreven door Stef Kamil Carlens en oorspronkelijk uitgevoerd door de Belgische presentatrice en zangeres Yasmine, die in 2009 overleed. “Ik had het nummer al eens samen met StefKa uitgevoerd tijdens een sessie voor de Belgische radio”, aldus Thé Lau. “Het is een bijzondere song, die het verdient om onder de aandacht te blijven. Ik wil er bovendien mijn liefde voor de Belgische muziekcultuur mee uiten. De muzikanten aldaar hebben een heel creatieve manier van spelen en zingen. Ik ben daar gek op.”

En Dan is een ode aan de muziek uit de jeugd van Thé Lau. Het nummer voert terug naar zijn prille jaren in het Noord-Hollandse dorp Bergen, waar hij ’s avonds als kind onder de dekens luisterde naar het zwalkende geluid van Radio Luxemburg. Hij schiet opnieuw in de lach: “Ik wachte altijd tot The Swinging Bluejeans weer voorbij kwamen. ‘Hippy Hippy Shake’. Eén van mijn favoriete songs. Ik vond dat toen hele ruige muziek. Daar is de liefde voor muziek geboren. Dat geldt ook voor Otto, onze toetsenist. Hij heeft het nummer gecomponeerd. In de oorspronkelijke uitvoering is het een eerbetoon aan zijn moeder. Een beroemde concertzangeres. Ik heb er een ode aan de muziek van gemaakt.”

‘Code’ is, concertregistraties en compilaties meegerekend, het vijftiende album van een band die in 1978 opgericht werd. De energie van de new wave verschaft The Scene vanaf het begin een compact, stuwend geluid. Aanvankelijk wordt in het Engels gezongen. In de loop van de jaren tachtig stapt The Scene definitief over naar het Nederlands. Prompt breken er toptijden aan. Het grootste succes arriveert in de vorm van het album ‘Blauw’, dat in 1991 uitkomt. Het titelnummer wordt een hit, net als de single ‘Iedereen Is Van De Wereld’. The Scene is daarmee definitief één van de smaakmakers van de Nederpop. Ook al lijkt het doek rond 2002 te vallen voor de band, sinds 2007 verschijnen er weer albums en staat de band op festivals en in zalen. Zowel in Nederland als in België.

“Ik word regelmatig voor gek verklaard”, vertelt Thé Lau. “Waarom in deze tijd nog een plaat maken? De kans is immers groot dat we er op toe moeten leggen. We doen het toch. Die liedjes moeten gemaakt worden. Het is geweldig om met taal bezig te zijn. Om die songs vervolgens tijdens de concerten een nieuw leven te geven, is helemaal geweldig. Die zestiende plaat komt er dus ook wel.”

THE SCENE: Emilie Blom van Assendelft – bas/zang, Jeroen Booy – drums/percussie, Otto Cooymans – toetsen/zang, Thé Lau – zang/gitaren/toetsen en Alan McLachlan – gitaren/mandoline/zang.